Reportage

Op veel plekken loopt het elektriciteitsnet vol. Dat betekent dat bewoners en bedrijven niet meer aangesloten kunnen worden op het elektriciteitsnet. Ook is het net niet gebouwd om grote hoeveelheden duurzaam opgewekte elektriciteit van zee te vervoeren naar plekken waar het nodig is. Hiervoor moet het elektriciteitsnet op heel veel plekken in Nederland aangepast worden. En dat geldt niet alleen voor het 380 en 150 kV-hoogspanningsnet van TenneT. Ook de regionale netbeheerder Stedin heeft het druk met alle aanpassingen. Martin Martens is als regiodirecteur Zeeland en Haven & Industriecomplex betrokken bij heel wat projecten.

”In 2050 de
CO2-uitstoot
op nul”
”Als mens voel
ik me ook verantwoordelijk om een bijdrage te leveren aan de energietransitie. Voor de natuur en de toekomst van de aarde.”
Vooruitzien

“Ook wij willen de klimaatdoelen halen. De ontwikkelingen om deze te bereiken gaan heel snel, daar is het elektriciteitsnet niet op voorbereid. En daarom ben ik dus vooral bezig met vooruitkijken”, begint Martin. “Dat doe ik samen met Zeeuwse bestuurders en bedrijven. Centraal staat de vraag ‘wat hebben we nodig aan infrastructuur om ervoor te zorgen dat we vraag en aanbod van elektriciteit zo goed mogelijk managen?’ Bijvoorbeeld om congestie, een elektriciteitsfile op het net, te voorkomen.” Die file ontstaat wanneer we bijvoorbeeld te veel elektriciteit aan het net toevoegen, dus op zonnige dagen of wanneer het hard waait. Het is de kunst om de balans te handhaven. Dus dat er genoeg is om aan de vraag te voldoen en ook genoeg ruimte is om elektriciteit toe te voegen aan het net. Is de balans zoek, dan gaat het licht uit. Dus is het zaak dat de regionale netbeheerders, zoals Stedin, goed samen werken met TenneT aan het elektriciteitsnet voor de toekomst.

Mogelijkheden

Zeeland is met 380.000 inwoners één van de dunner bevolkte provincies van Nederland. Duurzame opgewekte elektriciteit van zee moet vervoerd worden naar andere plekken in Nederland omdat op dit moment nog niet alles in Zeeland nodig is. Martin: “Het zou mooi zijn als dat wel zo was, vervoeren vraagt om complexe oplossingen. Uiteindelijk wil je toe naar een situatie waarin opwek en verbruik zo dicht mogelijk bij elkaar liggen. Dan kijk je dus naar oplossingen als elektriciteit opslaan in batterijen, omzetten naar waterstof of chemicaliën. 

Ik loop al een tijdje mee in de energiebranche. Als mens voel ik me ook verantwoordelijk om een bijdrage te leveren aan de energietransitie. Voor de natuur en de toekomst van de aarde. Mijn motivatie komt echt vanuit de grond van mijn hart om ervoor te zorgen dat in 2050 de CO2-uitstoot op nul staat.” 

Ruimte

In Zeeland gebeurt dat ook volop. Martin werkt bijvoorbeeld samen met TenneT als het gaat om de locatiekeuze voor een hoogspanningsstation of om vergunningen: “Op Schouwen-Duiveland en Tholen is ons net vol. We kunnen hier dus niet zomaar nieuwe klanten aansluiten op het net. Dat is wel een van onze belangrijkste taken en tot niet zo heel lang geleden ook de normaalste zaak van de wereld. Als nu een klant belt met de vraag voor een nieuwe aansluiting voor een zonnepark, krijgt hij te horen dat hij hier even op moet wachten.” Daarom komt er een nieuw 380/150/20 kV-hoogspanningsstation in de buurt van Halsteren. Deze wordt met een ondergrondse kabel aangesloten op een nieuw 150/20 kV-hoogspanningsstation bij Zierikzee. Dat station bouwt TenneT samen met Stedin. “Zo verbinden we Schouwen-
Duiveland met het bestaande hoogspanningsnet. Hiermee creëren we dus weer extra ruimte in de netten. Bijkomstig voordeel is dat de regionale netten  ondergronds worden aangelegd. Je ziet er uiteindelijk dus niets meer van.”

Vervoer

Om elektriciteit bij mensen thuis of in het bedrijf te krijgen, gebruiken we elektriciteitsnetten op een lager spanningsniveau (110 kV en lager). Die worden beheerd door de regionale netbeheerder, Stedin. Er zijn slechts een paar grote industriële bedrijven die hun elektriciteit rechtstreeks van het hoogspanningsnet van TenneT krijgen. Door de energietransitie verandert er veel: op een zonnige dag of wanneer het hard waait, hebben we ineens veel elektriciteit. Te veel om te gebruiken in een dunbevolkte provincie als Zeeland, dus moeten we de elektriciteit vervoeren naar plekken waar het nodig is. Ook zijn er steeds meer bedrijven en particulieren die stroom terugleveren aan het net.

Reportage

Reportage

”In 2050 de
CO2-uitstoot
op nul”

Op veel plekken loopt het elektriciteitsnet vol. Dat betekent dat bewoners en bedrijven niet meer aangesloten kunnen worden op het elektriciteitsnet. Ook is het net niet gebouwd om grote hoeveelheden duurzaam opgewekte elektriciteit van zee te vervoeren naar plekken waar het nodig is. Hiervoor moet het elektriciteitsnet op heel veel plekken in Nederland aangepast worden. En dat geldt niet alleen voor het 380 en 150 kV-hoogspanningsnet van TenneT. Ook de regionale netbeheerder Stedin heeft het druk met alle aanpassingen. Martin Martens is als regiodirecteur Zeeland en Haven & Industriecomplex betrokken bij heel wat projecten.

Mogelijkheden

Zeeland is met 380.000 inwoners één van de dunner bevolkte provincies van Nederland. Duurzame opgewekte elektriciteit van zee moet vervoerd worden naar andere plekken in Nederland omdat op dit moment nog niet alles in Zeeland nodig is. Martin: “Het zou mooi zijn als dat wel zo was, vervoeren vraagt om complexe oplossingen. Uiteindelijk wil je toe naar een situatie waarin opwek en verbruik zo dicht mogelijk bij elkaar liggen. Dan kijk je dus naar oplossingen als elektriciteit opslaan in batterijen, omzetten naar waterstof of chemicaliën. 

Ik loop al een tijdje mee in de energiebranche. Als mens voel ik me ook verantwoordelijk om een bijdrage te leveren aan de energietransitie. Voor de natuur en de toekomst van de aarde. Mijn motivatie komt echt vanuit de grond van mijn hart om ervoor te zorgen dat in 2050 de CO2-uitstoot op nul staat.” 

Ruimte

In Zeeland gebeurt dat ook volop. Martin werkt bijvoorbeeld samen met TenneT als het gaat om de locatiekeuze voor een hoogspanningsstation of om vergunningen: “Op Schouwen-Duiveland en Tholen is ons net vol. We kunnen hier dus niet zomaar nieuwe klanten aansluiten op het net. Dat is wel een van onze belangrijkste taken en tot niet zo heel lang geleden ook de normaalste zaak van de wereld. Als nu een klant belt met de vraag voor een nieuwe aansluiting voor een zonnepark, krijgt hij te horen dat hij hier even op moet wachten.” Daarom komt er een nieuw 380/150/20 kV-hoogspanningsstation in de buurt van Halsteren. Deze wordt met een ondergrondse kabel aangesloten op een nieuw 150/20 kV-hoogspanningsstation bij Zierikzee. Dat station bouwt TenneT samen met Stedin. “Zo verbinden we Schouwen-
Duiveland met het bestaande hoogspanningsnet. Hiermee creëren we dus weer extra ruimte in de netten. Bijkomstig voordeel is dat de regionale netten  ondergronds worden aangelegd. Je ziet er uiteindelijk dus niets meer van.”

”Als mens voel
ik me ook verantwoordelijk om een bijdrage te leveren aan de energietransitie. Voor de natuur en de toekomst van de aarde.”
Vooruitzien

“Ook wij willen de klimaatdoelen halen. De ontwikkelingen om deze te bereiken gaan heel snel, daar is het elektriciteitsnet niet op voorbereid. En daarom ben ik dus vooral bezig met vooruitkijken”, begint Martin. “Dat doe ik samen met Zeeuwse bestuurders en bedrijven. Centraal staat de vraag ‘wat hebben we nodig aan infrastructuur om ervoor te zorgen dat we vraag en aanbod van elektriciteit zo goed mogelijk managen?’ Bijvoorbeeld om congestie, een elektriciteitsfile op het net, te voorkomen.” Die file ontstaat wanneer we bijvoorbeeld te veel elektriciteit aan het net toevoegen, dus op zonnige dagen of wanneer het hard waait. Het is de kunst om de balans te handhaven. Dus dat er genoeg is om aan de vraag te voldoen en ook genoeg ruimte is om elektriciteit toe te voegen aan het net. Is de balans zoek, dan gaat het licht uit. Dus is het zaak dat de regionale netbeheerders, zoals Stedin, goed samen werken met TenneT aan het elektriciteitsnet voor de toekomst.

Vervoer

Om elektriciteit bij mensen thuis of in het bedrijf te krijgen, gebruiken we elektriciteitsnetten op een lager spanningsniveau (110 kV en lager). Die worden beheerd door de regionale netbeheerder, Stedin. Er zijn slechts een paar grote industriële bedrijven die hun elektriciteit rechtstreeks van het hoogspanningsnet van TenneT krijgen. Door de energietransitie verandert er veel: op een zonnige dag of wanneer het hard waait, hebben we ineens veel elektriciteit. Te veel om te gebruiken in een dunbevolkte provincie als Zeeland, dus moeten we de elektriciteit vervoeren naar plekken waar het nodig is. Ook zijn er steeds meer bedrijven en particulieren die stroom terugleveren aan het net.